De Hongaren kennen paprika als de beste: ze zijn er in wel acht varianten te vinden. Van brandweerwagenrood mild paprikapoeder (különleges) tot de pittigste met een roestbruine kleur (erős). Speur er de volgende keer eens naar wanneer je Boedapest en de Donau bewondert.
Ingredients
- 250 g gerookte spekblokjes
- 4 uien grof gesnipperd
- 4 rode paprika’s in blokjes van 3 cm
- 140 g dubbelgeconcentreerde tomatenpuree
- 800 g riblappen
- 2 el bloem
- 2 tl karwijzaad
- 3 el mild Hongaars paprikapoeder
- 1 el pittig Hongaars paprikapoeder
- 800 ml runderfond
- zout
- suiker optioneel
Bieslookcrème
- 25 g bieslook
- zout
- 200 g crème fraiche
Instructions
- Verhit in een wijde hapjespan de gerookte spekblokjes. Je hoeft geen olie toe te voegen. Bak de spekjes zo goed als uit (in 8 minuten), voeg dan de ui en paprika toe. Bak nog 5 minuten mee. Roer de tomatenpuree erdoor en bak nog 1 minuut. Schep daarna in de slowcooker. Laat het vet zoveel mogelijk achter in de pan.
- Dep de riblappen droog en snijd het in stukken van 4 cm. Hussel het in een kom met de bloem. Bak het vlees in het vet in de hapjespan op hoog vuur rondom aan. Schep het daarna samen met het vet in de slowcooker. Voeg ook het karwijzaad en de twee soorten paprikapoeder toe. Schenk de runderfond erbij.
- Stel de slowcooker in: 6 uur op laag en wacht tot het vlees zacht is. Breng daarna de stoof op smaak met zout en optioneel een beetje suiker.
- Snijd de bieslook in heel kleine ringen en meng met wat zout door de crème fraîche. Serveer de goulash met een lepel van de bieslookcrème.
Notes
