Beslag: Verwarm de oven voor (elektrisch: 180°C / hetelucht: 160°C). Klop de eieren, de suiker en de vanillesuiker met een handmixer licht en luchtig. Meng het cacaopoeder, de kaneel, de bloem, de maizena en het bakpoeder met elkaar, zeef boven het eimengsel en spatel erdoorheen. Doe het beslag in een ingevette springvorm (20 cm Ø). Bak de cake in 30-35 minuten gaar in de oven. Laat ca. 15 minuten rusten in de vorm.
Ganache: Hak de melk-en de pure chocolade apart van elkaar. Verhit 225 ml slagroom, maar laat niet koken. Smelt de melkchocolade en 150 g pure chocolade in de hete slagroom. Laat de ganache op kamertemperatuur afkoelen.
Versiering: Smelt 100 g pure chocolade au bain-marie. Maak op 2 vellen bakpapier ca. 25 stroken van de chocolade van ca. 2 x 12-15 cm. Zet ca. 30 minuten in de koelkast, tot de chocolade is gestold.
Snijd de cake horizontaal in drieën. Besprenkel de onderste en middelste laag met de kirsch. Giet de kersen af en houd 12 kersen apart voor de versiering. Klop de ganache met een handmixer kort romig. Bestrijk de onderste cakeplak met de helft van de ganache. Verdeel de helft van de kersen erover. Leg de tweede cakeplak erop, bestrijk met de rest van de ganache en bestrooi met de rest van de kersen. Leg de bovenste cakeplak erop en druk een beetje aan.
Klop 200 ml slagroom stijf. Bestrijk de taart rondom met ⅔ van de slagroom. Zet de chocoladestrookjes tegen de rand van de taart omhoog. Spuit de rest van de slagroom in toefjes op de taart. Versier met de rest van de kersen.