Doe voor het deeg de bloem in een grote kom samen met de gist, het zout, het venkelzaad, 190 ml water en 50 ml olijfolie. Kneed met de deeghaken van een keukenmachine in ca. 10 minuten tot een soepel, elastisch deeg. Heb je geen keukenmachine, gebruik dan iets minder water, zodat het deeg minder plakkerig is aan je handen. Voeg tijdens het kneden geen extra bloem toe als het deeg plakkerig lijkt; het deeg wordt naarmate je langer kneedt steeds soepeler. Dek het deeg af met een schone theedoek en laat het op een warme plek ca. 1 uur rijzen.

Vet een rechthoekige bakvorm royaal in met olijfolie. Stort het deeg in de vorm. Vet je handen in met olijfolie en trek het deeg voorzichtig uit over de hele bodem van de bakvorm. Dek het deeg opnieuw af en laat het nog ca. 25 minuten rijzen op een warme plek. Verwarm intussen de oven voor (elektrisch: 230°C / hetelucht: 210°C).

Verdeel de kruiden, de olijven en de tomaatjes over het deeg en druppel er nog wat olijfolie overheen. Druk met je vingertoppen kuiltjes in het deeg en druk tegelijkertijd de topping een beetje in het deeg Strooi er wat grof zeezout overheen en bak de focaccia in ca. 85 minuten goudbruin en gaar in de oven.