Kruid de konijnenbouten met zout, peper en nootmuskaat. Smelt de boter in een wijde hapjespan en bak de bouten aan beide kanten aan. Schep ze daarna in de slowcooker en laat het vet achter in de pan.

Bak in het achtergebleven vet de ui en venkel 5 minuten tot de ui glazig is. Schenk dit samen met het vet in de slowcooker.

Roer de marmelade los met wat van de wildbouillon en schenk dit samen met de rest van de bouillon en de appelciderazijn bij de konijnenbouten. Strooi ook de rozemarijn erover. Verkruimel de taaitaai erboven en roer door.

Stel de slowcooker in: 6 uur op laag of 4 uur op hoog.

Haal met een tang de bouten uit de stoof en pluk ze kaal. Doe het geplukte vlees terug in de slowcooker en roer goed door. Breng op smaak met zout en peper en serveer.